LUchtvaart Nationaal Antwerpen Kempen

LUNAK
MILITAIRE VOERTUIGEN IN DE LUCHTVAART - DEEL III

Bezoekers van militaire airshows kennen het allemaal : de kilometerslange wandelingen vanaf de toegangspoort tot de favoriete spottersplaats bij de runway… Vliegvelden kunnen enorm uitgestrekt zijn ! Logisch dus dat er behalve in de lucht ook veel verkeer op de grond te zien is. Dit grondverkeer kan ruwweg worden opgesplitst in “gewoon” transport van personen en goederen en meer specialistische verplaatsingen.
Over dit onderwerp zijn ongetwijfeld meerdere boeken te vullen, wij gaan proberen een kort historisch overzichtje op te bouwen.

Follow me

We hebben het al gezegd : op de grond is een vliegtuig een onding. Zeker vliegtuigen met een staartwiel bieden nagenoeg geen zicht recht vooruit, maar ook in andere toestellen zien we dikwijls dat het instrumentenbord het zicht naar voren belemmert. Een piloot die voor de eerste maal op een hem onbekend vliegveld landt wordt dan ook onvermijdelijk geconfronteerd met de vraag “en nu ?” aan het einde van zijn landingsrun. Vanaf de verkeerstoren zal hij allicht de instructie krijgen de runway links of rechts te verlaten ter hoogte van taxiway XX, maar vanaf daar is de piloot min of meer op zichzelf aangewezen. Gelukkig kan hij meestal rekenen op de gronddiensten die met een “follow me” voertuig voor het vliegtuig gaan rijden tot de toegewezen parkeerplaats bereikt wordt.
Heel het “follow me” gebeuren vond zijn oorsprong in de USAAF tijdens de 2e Wereldoorlog. Amerikaanse piloten waren gewoon aan vliegvelden waar alles gecentraliseerd zat in de buurt van de verkeerstoren : hangars en een gigantische apron met parkeerplaatsen. Amerika had inderdaad niets te vrezen op het vlak van bombardementen boven haar grondgebied, in tegenstelling tot o.a. Groot-Brittannië. Laat nu net een heel contingent Amerikaanse piloten naar Groot-Brittannië gestuurd worden waar ze geconfronteerd werden met de door de Britten aangelegde vliegvelden waar alles verspreid zat... Radiocommunicatie, voor zover beschikbaar, werd tot het strikte minimum beperkt zodat er behoefte was aan geleiding op de grond. Jeeps werden dan ook van opvallende kleuren voorzien (dikwijls een dambordpatroon in geel/zwart, wit/zwart of rood/wit), eventueel aangevuld met gekleurde vlaggen, af en toe zelfs  voorzien van een handgeschilderd “Follow me” bord achteraan op het voertuig. Dit systeem bleek dermate effectief dat het na de oorlog zowat overal werd overgenomen en gestandaardiseerd. In de jaren 1950 zien we bv. in België de eerste VW Transporters met achteraan een verlicht “Follow me” bord, met daaronder centraal de tekst “Stop” en daarnaast links en rechts een pijl. Deze 3 items konden vanuit het voertuig naar keuze verlicht worden om de piloot te wijzen op de van hem verwachtte actie.
Minder officiële “Follow me” instructieborden kunnen soms gezien worden tijdens opendeurdagen. Tijdens de hoogdagen van de militaire airshows op de  Belgische vliegbasissen werden dikwijls enkele VW Iltis jeeps achteraan voorzien van een artistiek geschilderd bord van een mooie dame die het achteropkomend (vliegtuig-)verkeer meelokte met haar “Follow me” bordje.
Niet echt van toepassing binnen de context van dit artikel, maar leuk om weten : tijdens een fly-in op het vliegveld van Zoersel jaren geleden sponsorde een lokale Mini-garage het evenement door een aantal Mini’s met vrouwelijke chauffeuses ter beschikking te stellen als Follow-me auto’s. De plaatselijke omroeper doopte ze prompt om tot Follow-Miekes.


Manipulatie van materiaal

Tegenwoordig is het transport van materiaal in hoge mate gecontaineriseerd of minstens gepaletiseerd. Anders gezegd, het manipuleren van nieuw aangeleverd materiaal is een relatief eenvoudige operatie mits het juiste transportmiddel voor containers of paletten gebruikt wordt. Tot laat in de jaren 1960 beschikte men echter nauwelijks over deze gespecialiseerde manipulatie- en transportmogelijkheden, zodat het gebruik van kranen wijdverbreid was. Kraanwagens worden over het algemeen geassocieerd met het afslepen van een defect voertuig naar een herstellingswerkplaats, maar in feite werden ze veel universeler ingezet. Zo was de firma Coles in Groot-Brittannië toonaangevend voor alles wat heffen, takelen of manipuleren van vrachten of voertuigen betrof. Coles bouwde een heel gamma aan 360° draaibare kraanunits, meestal als opbouw achteraan op een vrachtwagenchassis. Voor de RAF waren dat tijdens de 2e Wereldoorlog voornamelijk vrachtwagens van de types Thornycroft Amazon of AEC Matador.
Meer gespecialiseerd in het takelen van voertuigen maar tevens universeel ingezet waren de kraaninstallaties van de Amerikaanse firma Holmes. Dit bedrijf pionierde trouwens het gebruik van 2 kraanarmen op 1 vrachtwagen om complexe hef- of takelwerkzaamheden te kunnen uitvoeren.
Tegenwoordig zien we steeds meer vorkheftrucks en containertrucks in militair gebruik. De vorkheftrucks worden, net als in de industrie, gebruikt voor het laden en lossen van gepaletisseerde goederen terwijl de containertrucks, die  in de eerste plaats bedoeld zijn voor transport, meestal over een systeem beschikken dat toelaat zelfstandig containers te laden en lossen.
In geval een gecrashed vliegtuig een landingsbaan blokkeert kan het nuttig zijn om die landingsbaan zo snel mogelijk weer vrij te krijgen. Speciaal hiervoor werden o.a. in de USA gigantische kranen (bv. door de firma LeTourneau) ontwikkeld die in een mum van tijd een volledig vliegtuig van de landingsbaan konden plukken en deponeren op een plaats waar de rest van het vliegverkeer er geen hinder zou van ondervinden. En als het echt snel moest gaan : speciaal voor de USAF werd een soort van gigantische bulldozer ontwikkeld die een compleet (gecrashed) vliegtuig in één beweging van de runway kon schuiven : de LeTourneau CP-1.


Vegen en schoonmaken

Hoe moderner het vliegtuig, hoe gevoeliger het is voor vervuiling en weersinvloeden. Het is dus noodzakelijk de juiste maatregelen te treffen om schade en/of ongelukken te vermijden.
Ijzel en sneeuw zijn evidente oorzaken van ongelukken op de grond. Ook een vliegtuig kan slippen op ijzel, losse sneeuw kan dan weer voor extra rolweerstand zorgen wat het opstijgen bemoeilijkt of gevaar op omslaan oplevert bij het landen. Reeds in de jaren 1920 werd, vooral in de USA, aandacht besteed aan het ijs- en sneeuwvrij houden van de landingsbanen. De gebruikte technologie vond haar oorsprong in het spoorwegverkeer, waar locomotieven met vooraan gigantische sneeuwturbines ervoor zorgden dat de sporen sneeuwvrij gemaakt werden door de sneeuw op te zuigen en meters ver weg te blazen.
Ook de rest van de vliegveldinfrastructuur moet sneeuwvrij gehouden worden om veilig grondverkeer mogelijk te maken. Hiervoor kan een eenvoudige sneeuwruimer (vrachtwagen uitgerust met een onder een hoek gemonteerd blad dat de sneeuw in één richting wegschuift) uitkomst bieden.
Een vliegtuig dat buiten staat tijdens een sneeuwbui zal onvermijdelijk een massa sneeuw verzamelen op romp en vleugels. Het is uiteraard zaak dit extra gewicht kwijt te raken voordat zelfs maar aan taxiën kan gedacht worden. Maar daar houdt het niet op. Het is namelijk heel waarschijnlijk dat er na de verwijdering van de sneeuw toch nog een dun laagje ijs op het vliegtuig blijft liggen. Bovenop een vleugel heeft dit laagje de hinderlijke eigenschap het effectieve vleugelprofiel te wijzigen, en daardoor de door de vleugel gegenereerde lift tijdens de take-off run te verminderen. Het aantal ongelukken dat hieraan toe te schrijven is is jammer genoeg bijna eindeloos. Bijkomend probleem : ook de stuurvlakken kunnen geblokkeerd raken door ijsophoping in kieren of scharnieren. Het is dus niet meer dan normaal dat een vliegtuig voor de vlucht degelijk (chemisch) ontijzeld dient te worden. Hiervoor worden dikwijls speciale vrachtwagens ingezet, voorzien van een uitschuifbare arm met (meestal) een cabine voor de operator die van hieruit het sproeien van de ontijzingsvloeistof stuurt.
Straalvliegtuigen worden met een bijkomend probleem geconfronteerd : de luchtinlaat creëert een enorm krachtige luchtstroom, vele malen doelmatiger dan de beste stofzuiger. Echter, in tegenstelling tot uw huis- tuin- en keukenstofzuiger wordt het opgezogene niet netjes in een stofzak gedeponeerd maar volgt het een weg doorheen de straalmotor. Hoe klein het deeltje ook is, het risico op beschadiging van het interne van de straalmotor is een feit. Op een fractie van een seconde kan die prachtige precisiemechaniek omgetoverd worden in een puinhoop, met verwrongen of afgebroken compressor- of turbinebladen. In dit verband spreekt men van FOD : Foreign Object Damage, schade veroorzaakt door een vreemd voorwerp.
Los van de enorme kosten die zo’n opgezogen vuiltje kan veroorzaken is er ook het risico voor de inzittende(n) van het vliegtuig : in plaats van netjes op te stijgen valt het motorvermogen op een cruciaal moment weg met een mogelijke crash als gevolg. Het vegen van taxiwegen en runways is dus van essentieel belang voor een veilig gebruik van straalvliegtuigen. De speciaal hiervoor gebruikte vrachtwagens hebben naast een roterende borstelinstallatie ook een krachtige “stofzuiger” die eventuele losse deeltjes opslorpt zodat ze geen verder gevaar meer vormen.

Geraadpleegde bronnen  : Wikipedia - The Observer’s Army Vehicles Directory - 3 delen (Bart H.Vanderveen, Frederick Warne & Co Ltd) - 50 Ans de Véhicules Militaires / Armée de l’Air - Marine Nationale (Jean-Michel Boniface, ETAI) - U.S. Military Wheeled Vehicles (Fred W. Crismon, Motorbooks International) en eigen documentatie.

Deel 4 sluit ons overzichtje over het gebruik van militaire voertuigen in de luchtvaart af met een korte bespreking van de meteodienst, vliegveldbewaking en enkele meer specialistische taken.
Klik zeker op de link naar de fotopagina en gebruik de info-knop om de begeleidende tekst bij de foto’s op te roepen.

(Tekst : Guido Van Roy - Foto’s : Guido Van Roy en Jef Pets)


Klik op het beeld hierna om de fotoreeks van Deel III te bekijken.